Leerling

Aan het begin van het jaar formuleert een leerling, samen met de ouders en de school (mentor) de persoonlijke leerdoelen voor dat leerjaar binnen de kaders van de school. Hoe ouder de leerling is, hoe groter zijn inbreng hierbij is. De persoonlijke strategieën variëren per opdracht.

 
Het Kunskapsskolan-concept draait dus om het leerproces en de leerdoelen van die leerling. Qua vereiste kennisverwerving is het nationaal curriculum de basis. Dat is beschreven en georganiseerd in stappen en thema’s (http://bit.ly/SO6yPP) die de leerling binnen een termijn variërend van vier tot zes weken doorloopt.

De mentor is de spil in de begeleiding van dat proces. Bijna elke leraar is mentor en heeft een rol in het bewaken van het proces en het behalen van de leerdoelen. Een leerling mag echter elke leraar aanspreken voor hulp, ongeacht of die leraar zijn eigen mentor is. Leerlingen hebben een grote vrijheid om naar eigen niveau en tempo hun leerdoelen te realiseren. De mentor grijpt pas in wanneer een leerling laat zien de autonomie even niet in zijn eentje aan te kunnen. Door de intensieve begeleiding van de mentor wennen nieuwe leerlingen snel aan dit concept. Ook ontdekken ze daardoor snel dat iets verzinnen om je werk niet te hoeven doen geen zin heeft: daarvoor zit de mentor te dicht op je en heeft hij te veel contact met andere docenten van jouw leerlaag.
 

 

Boeiend is de interpretatie van het begrip ‘tijd’. Tijd zien leerlingen als een middel om hun leerdoelen te realiseren. Niet als een doel of een structuur. Leerlingen starten om 8.20 uur en gaan om 14.00 uur naar huis, incidenteel om 15.00 uur. Van een leerling begrepen wij dat ze nagenoeg huiswerkvrij zijn. Tijd als middel zien betekent dat je binnen de tijd die je hebt werkt aan je opdrachten. En dat gebeurt ook. Pauze- en leerruimten worden niet door elkaar gebruikt. Leerlingen hebben óf pauze óf zijn bezig met hun taken. Door zelf leerdoelen te formuleren en je eigen leerproces uit te zetten met je mentor als coach, wordt een leerling verantwoordelijk voor zijn leerproces. Leren is geen heilig moeten meer, maar een vanzelfsprekend streven om elke taak zo goed mogelijk af te ronden. Wellicht een benadering van ‘tijd’ die in Nederland een debat waard is.

 

 
De hele kantine wordt gerund door leerlingen, die ook andere werkzaamheden binnen school verrichten, die wij reserveren voor volwassen O.O.P. 'ers.

In de ochtend, als je aan de 'steps' van de basisvakken werkt, doe je dat in je eigen tempo. Tijdens de thema's/ vakoverstijgende projecten werk je in groter groepsverband en bepaalt ook die groep mede het tempo.

Als een leerling niet goed plant, kan het voorkomen dat een docent/mentor op het gewenste tijdstip voor persoonlijke begeleiding niet aanwezig is en dat wordt door leerlingen zelf als vervelend ervaren en motiveert hem om de volgende keer beter te plannen.

Door het zorgvuldig bijgehouden leerlingvolgsysteem weet een mentor precies  welke onderdelen of strategieën bij elke leerling meer aandacht verdienen.

Leerlingen geven jaarlijks hun mening over de leraren. Deze uitkomsten zijn uitermate positief. Ze spelen een rol in het uiteindelijke salaris van een docent, naast andere criteria zoals zijn onderwijsrendement.



'Elke gemiddelde leerling vindt zijn weg wel in wat voor een schoolsysteem dan ook. Bij onze Kunskapsskolan geldt dat door de gepersonaliseerde leerroute echter ook voor leerlingen die er bovenuit steken of extra aandacht/zorg nodig hebben.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten